Bij toeval liep ik bij de Slegte tegen een boekje van Nobelprijswinnaar (1937) Roger Martin Du Gard aan met de nostalgische titel: het oude Frankrijk. Het gegeven is even simpel als geniaal: een dag uit het leven van een postbode in een Frans dorpje en de mensen die hij ontmoet, hun persoonlijke geschiedenissen en de gebeurtenissen die het leven die dag beïnvloeden. De postbode, monsieur Joigneau, weet meer over de dorpsbewoners dan zou moeten, want hij heeft de gewoonte om hun brieven open te stomen en ze te lezen. Het dorp blijkt een vat vol onderdrukt verlangen te zijn. Voor Martin T Hart is Du Gard niet zonder reden een lievelingsschrijver.
In een opwelling kroop ik zaterdagsavonds laat halverwege het verhaal achter de computer om wat muziek te downloaden. Met name een song van Amy Winehouse, Monkey Man, oorspronkelijk van de Britse popgroep The Specials. Voor de kenners waarschijnlijk niet haar beste song maar voor mij een juweeltje. Op Youtube ook het nummer opgezocht en in diverse uitvoeringen bekeken, waarin je Winehouse van een zelfverzekerde performer ziet verworden tot een junkie.
Na deze dosis “arbeidsvitaminen” tot me genomen te hebben, kroop ik onder de wol.
Zondagmorgen. In alle media grote koppen over de tragische dood van de Amerikaanse popdiva Whitney Houston. 48 jaar. Waarschijnlijk overleden aan een combinatie van medicijnen en overmatig alcohol gebruik. Een van de groten uit de recente popgeschiedenis en een vrouw die als Amy Winehouse haar laatste dagen als junkie sleet. Je gaat ermee naar bed en je staat ermee op.
Om de een of andere reden greep haar levenseinde me aan, en heb ik de hele dag het internet afgestroopt. Waarom? Uren aan muziek heb ik sinds jaar en dag op mijn Ipod staan maar nimmer een nummer van Whitney Houston. Ze heeft me in tegenstelling tot haar tante Dionne Warwick nooit erg kunnen bekoren, behalve met het vrolijke nummer I Wanna Dance with Somebody …..
In mijn jonge jaren, lang geleden, was ik een groot liefhebber van rauwe, zwarte Rock and Roll, maar af en toe een ballad van Dionne Warwick kon er wel tussendoor: Anyone who had a heart bijvoorbeeld.
Vanwege mijn oude liefde voor Warwick bleef ik het getroubleerde leven van Houston oppervlakkig volgen. Haar verslavingen, afkicken, vechthuwelijk en wanhopige pogingen om weer terug te komen. Haar verval, uitgestrekt over jaren, duurde bijna even lang als haar glorietijd. Ook hiervan zou geen detail onbelicht blijven. She didnot have the luxury of dancing with her daemons in private, as most of us do.
Houston had ooit een dijk van een stem. Orpah Winfrey sprak haar in een beroemd interview aan als The Voice en had het over An American treasure, waar zij onverantwoord mee omsprong. Dit Geschenk van God moest zij koesteren voor de hele natie. Houston knikte instemmend en deed het tegenovergestelde.
Whitney Houston had behalve een fenomenale stem ook een bijzonder fraai uiterlijk, op zijn Amerikaans vervolmaakt door weelderige pruiken, uplifts en moderne (photoshop) technieken. Een stralende zwarte godin die de pech had tegen iemand aan te lopen waarmee ze in de goot terecht kwam.
De laatste jaren van haar leven maakte Houston geen muziek meer. Wel verscheen ze een seizoen lang met haar toemalige man Bobby Brown in een reality show – Being Bobby Brown - die voor velen het toppunt van wansmaak was. The show which offered the public much more than they ever wanted to see about their mythical pop goddess and her questionable taste in men and appropriate onscreen behavior. Zelf was ze er in interviews niet ontevreden over. De show bracht ons dichter bij elkaar zei ze eens. We bemerkten, dat we ook gewone mensen waren. Een man, een kind, een huis. Misschien wel haar grootste ideaal.
Whitney Houston is 48 geworden. Op de klanken van de muziek naar de hoogste top van de Olympus gezweefd, geluidloos naar de diepste afgrond afgedaald. A Voice of Triumph, the Queen of Pain (NYT).
Recent Comments