Aug 172010

Enkele maanden geleden las ik in de bijlage van de Volkskrant dat een prachtige fietsroute, een zogeheten Voie verte (Groene weg) in Frankrijk geopend is, die loopt van Givet naar de stad Charleville-Mezieres. Voor mij een buitenkans omdat ik eind augustus naar Sevilla fiets, en wat voorbereidende oefeningen goed kan gebruiken. Bovendien is Charleville de geboorteplaats van de dichter Arthur Rimbaud, een tweede belangrijke reden. Wat speuren op internet leverde een GPS-route op de loopt van Eindhoven naar Torremolinos. (http://gpstracks.nl/fietsroutes-lf.php?id=3005 )Tot aan Dinant bruikbaar en daarna op de automatische piloot verder was mijn idee, wat ook bleek te kloppen.

Vrijdag 6 augustus ben ik uit Veghel vertrokken naar Diest, in de buurt van Brussel. Een mooie oude stad, zoals er vele in België zijn. Prachtig plein, mooie kerk en sfeervolle straatjes. Al met al 130 km die me betrekkelijk makkelijk afgingen. Met het oog op de vakanties en het weekend had ik, tegen mijn gewoonte in, in de beoogde stopplaatsen: Diest, Givet en Charleville een hotelkamer gereserveerd.

Zaterdag 8 augustus ging de tocht van Diest naar Givet, achteraf behoorlijk zwaar omdat van Diest tot Namen je eigenlijk uren “klimt” via een vals plat, met wat tegenwind ook nog eens. Je merkt niet dat je klimt maar kijk je op de km-teller dan maak je weinig kilometers. Gevolg was dat ik in Namen vrij laat in de middag aankwam, en tot mijn schrik bemerkte dat ik nog meer dan 50 km te gaan had. Alle details laat ik maar achterwegen, het was een uitputtingsslag. De laatste 25 km, tussen Dinant en Givet leek ik wel stil te staan, en kreeg een vreselijke dorst. Zoals gewoonlijk kom je in die situatie niets en niemand tegen. Toen ik met de uitgeput en met de tong op de schoenen in Givet aankwam, heb ik 2 grote pils genomen, Leffe, heerlijk bier, en ben zonder te eten in bed gekukeld.

Zondag van Givet naar Charleville, 90 km, over de Voie Verte. Een werkelijk prachtige fietsroute, niets aan gelogen. De weg loopt langs de Maas, het voormalige jaagpad, en is geheel autovrij. Aangenaam druk met fietsers, wandelaars en joggers. Opvallend vond ik de vele “marathons” die langs de route, het was zondag, georganiseerd waren. Bijna in elke plaats die ik tegenkwam was  zo’n marathon, met veel vrijwilligers om alles in goede banen te leiden, en de lopers van verfrissingen te voorzien. Ik kreeg er zelf dorst van. Veel ouderen, ,mannen als vrouwen liepen mee, en hard ! Ik kon ze op de fiets nauwelijks bijhouden. Stopte ik even dan moest ik ze weer voorbij, tikje gênant.

Op het einde van de dag in Charleville aangekomen, weer was om te fietsen goed, en om op een terras te zitten niet slecht.

In Charleville de stad met zijn fraaie Place Ducale bezocht en nog wat andere bezienswaardigheden. Het was zondag en bijna alles zat dicht, ook de meeste café’s. Een tegenvaller.

Zoals mijn bedoeling was, een bezoek gebracht aan het gemeentelijk kerkhof waar de dichter Rimbaud, met zijn moeder en zus begraven liggen. Een bord markeert de plek. Het geheel is keurig onderhouden maar niet erg indrukwekkend. Drie witte grafstenen met de tekst Bid voor hem cq Bid voor haar. Dat heb ik niet gedaan.

Spontaan moest ik denken aan de melancholische woorden van de vrome Romeinse dichter Horatius: Ach Postumus,  Postumus, hoe snel vliegen de jaren voorbij: ook vroomheid kan rimpels en nakende ouderdom niet vertragen, niets kan het geweld van de dood bedwingen. (Eheu fugaces, Postume, Postume, labuntur anni, nec pietas moram rugis et instanti senectae adferet indomitaeque morti).

Op de weg terug heb ik een biertje genomen op Rimbaud bij een café aan de voet van de heuvel waar hij begraven ligt. Een leuk buurtcafé, waar mensen komen die je in Nederland niet meer ziet, verdwenen als ze zijn in de globalisering. Daar alleraardigste mensen, die van een drankje houden  en zonder uitzondering, mannen en vrouwen, een bijzonder slecht gebit hebben. Leek wel een toegangsbewijs. Het plezier was er niet minder om. Lachen was niet verboden en een beetje flirten ook niet. Vanaf zijn laatste rustplaats keek Rimbaud tevreden toe: op een avond nam ik de Schoonheid op schoot – en zij smaakte mij bitter –  (Proloog).

Maandag 9 augustus ben ik ik weer op mijn fiets geklommen en vrij makkelijk, zonder een spatje regen, 3 dagen later  thuisgekomen. Een geslaagde generale repetitie.

Het museum Rimbaud

2 Responses to “Een moderne pelgrimstocht”

  1. fialas says:

    Wat een onderneming, hoed af! Die gele steen is karakteristiek, je ziet hem in die hele hoek van Frankrijk. Sedan,Verdun, alles geel. Ik ben eens nèt niet in Charleville geweest, ging met de trein vanuit Luik naar Reims, over Luxemburg, een ingewikkelde route met doublures, in die tijd schenen ze nog met verschillende lokomotieven te rijden.
    Ik had Les fleurs du mal in mijn tas, met de bedoeling in Charleville uit te stappen, maar het kwam er niet van, ik werd in Reims opgewacht en gsm bestond nog niet.
    De spoorbrug ging over een bocht in de Maas, prachtig uitzicht, de stad ligt eigenlijk op een schiereiland.
    In Reims speelde mijn zoon op een festival van volksmuziek, we logeerden in een wijnplukkerslogement.
    En in de kerk heb ik aan Clovis staan denken, en aan La Pucelle, zodat Rimbaud alras verdampte.

  2. fialas says:

    Achnee, geen bocht, maar een lus in de Maas. Even wennen als je onze tamme Maas in Maastricht gewend bent.

Leave a Reply

(required)

(required)