Over een maand gaat mijn camping weer open. Om precies te zijn op 1 april. Iets waar ik me op kan verheugen. Een vervelende bijkomstigheid is wel dat rond deze tijd ook de huur weer betaald moet worden, ruim1300 euro.
Als een kleine oase ligt de camping temidden van uitgestrekte weilanden, onder de rook van Amsterdam. Ze maakt deel uit van de Stelling van Amsterdam. Het grondpatroon van de camping bestaat uit twee concentrische cirkels. De buitenste cirkel is een gracht die in verbinding staat met het riviertje de Winkel. De binnenste ring is opgespoten zand, in de vorm van een eiland, met een uitbundige vegetatie. Ooit bedoeld als het fundament voor een fort is er, omwille van militair-strategische overwegingen, niet gebouwd. Geheel in de pacifistische traditie van ons land heeft het eilandje later een bestemming gekregen als camping voor defensiepersoneel en weer later als camping voor gewone burgers. Volgens de overlevering staat mijn caravan op de plek van de hoogste militair. Iets om trots op te zijn.
De camping is te bereiken via een verhard pad waaraan een fortwachterswoning ligt. De beheerder is een verwoed jager en een man die veel van de natuur afweet. Menige haas, konijn en wilde gans is door hem naar de eeuwige jachtvelden gestuurd.
De camping is klein en bijzonder rustig. Op een doordeweekse dag is er niemand, in het weekend zijn er nog minder mensen, en tijdens de zomervakantie kampeert iedereen elders. Je bent er eenzaam, maar niet alleen. Er lopen eenden, konijnen, egels en kippen rond en vogels maken je al vroeg in de ochtend wakker. Een ideale plek om de natuur te bestuderen en dat mag ik graag doen. Vooral de rondscharrelende kippen hebben mijn warme belangstelling. Kippen is niet het goede woord, het gaat hier om een prachtige haan met zijn harem. Rustig pikkend maken ze elke dag een ronde over de camping en vereren ook mij met een bezoek. Dat rondreizende circus kent een strakke arbeidsdeling. De haan komt parmantig op me afgelopen en eist voer op. De hennen staan wat angstig achter hem toe te kijken. Als dierenvriend haal ik dan snel een snee brood en deel het uit.
Het grappige is nu dat de haan helemaal niet eet. Hij pikt het brood wel op, leg het vervolgens weer neer, en begint dan te tokken waarna ijlings een hen komt aangerend om te eten. Een vast patroon. Een kwestie van hoffelijkheid? Zou kunnen, er zit in ieder geval ook een verleidingsstrategie achter. Als de hormonen door het hanenlichaam gieren is de kip die aankomt rennen het haasje. De haan grijpt haar hardhandig in het nekvel en springt er pardoes bovenop. Geen voorspel, geen naspel, alleen De Daad. Door mijn observaties durf ik gerust te stellen, dat in het dierenrijk noch het recht van de sterkste heerst, noch dat er sprake is van naastenliefde, maar de Nederlandse koopmansgeest regeert: voor wat, hoor wat. Quid pro quo.
Nb: verleden jaar is de haan door de beheerder doodgeschoten toen hij aan het jagen was. Een tragisch geval van friendly fire.
Na 13 jaar in de pure natuur te Pouligny st Martin*, is mij je als proza beschreven boerderij-fauna haast identiek met de onze.
Maar onze “boerderij” is sinds dinsdag jongstleden over gegaan in de handen van een célibataire Professeur des Ecoles, in goed Nederlands een hoofdonderwijzer.
Dus voor mij geen hanengekraai meer (nu even niet) gelukkig. Deze periode is afgesloten.
Ga vandaag weer eens naar de Dokwerker (jubileum), een aantal jaren niet geweest.
Wellicht boeken voor Cuba, lekker druk in Havanna.